“Hij had je vader kunnen zijn” | Eric en Karin

Een tijdje geleden interviewde ik een aantal stellen met groot leeftijdverschil. Weten jullie het nog? Dit weekend verschenen drie van die interviews (helaas fors ingekort) in Vrouw Magazine. Hier deel ik de langere versies. Vandaag: Eric [53] en ik [31]!

Tekst: Karin Spillenaar-Koolen
Beeld: Feriet Tunc

11224685_1021934677869416_7587306214904267314_n

Ze ontmoetten elkaar in 2010 in een kroeg. 23 juni 2012 zijn Karin [31] en Eric Spillenaar [53] getrouwd.

De ontmoeting
Karin: “Eric stond naast me toen ik aan de bar wat drankjes bestelde. Het WK was al een paar weken afgelopen, maar we hadden allebei ons oranje polsbandje nog om. We raakten heel leuk aan de praat. Ik was meteen weg van Eric.”
Eric: “Bij het afscheid maakten we een afspraak voor de volgende avond, want dat ik haar weer wilde zien stond als een paal boven water. Een mooie, slimme meid – heel leuk in de omgang.”
Karin: “Eric kwam de volgende avond rechtstreeks uit zijn werk, in pak. Ik liep in gescheurde jeans en op teenslippers. We eindigden desondanks in een Michelin sterrenrestaurant.”
Eric: “Daar kregen we bij het afrekenen een sneer van de gastheer: ‘Zo meneer, neemt u de jongedame nog mee voor een afzakkertje?’ We lachen er nog steeds om.”

Tijdens een vakantie stelde ik haar de vraag: “Gaan we samen verder of scheiden onze wegen straks? Ik wil dat nu van je horen, want ik ben echt stapelverliefd op je”

Het dilemma
Karin: “Als iemand mij had verteld dat ik verliefd zou worden op een veel oudere man, had ik het niet geloofd.”
Eric: “Mijn ex was ook een flink aantal jaren jonger. Mijn eerste vrouw was iets ouder dan ik.”
Karin: “We hebben onze relatie lang voor onszelf gehouden. Samen genoten we met volle teugen. Terrasjes, dagjes weg, eindeloos praten en elkaar leren kennen.”
Eric: “Al heel snel wist ik dat Karin het voor mij was, maar zij hield de boot nog een beetje af.”
Karin: “Ik durfde niet te ver vooruit te kijken. Ik kwam net uit een relatie, studeerde nog. En die leeftijd, he! Kon ik Eric wel meenemen naar vrienden en familie? Hoe zouden mensen op ons reageren?”
Eric: “Tijdens een vakantie stelde ik haar de vraag: ‘Waar gaat het heen? Gaan we echt samen verder of scheiden onze wegen na deze vakantie? Ik wil dat nu van je horen, want ik ben echt stapelverliefd op je.’”
Karin: “Ik had dat duwtje nodig. Kort daarna hebben we onze relatie bekend gemaakt. Ik wist dat ik nooit meer zo’n fijne man als Eric zou treffen. Wat de toekomst ook zou brengen, ik wilde bij hem zijn.”

De vooroordelen
Karin: “Mijn ouders schrokken wel. Begrijpelijk, ze waren bezorgd. Wat moet een man van die leeftijd met een zoveel jongere vrouw, vroeg mijn vader zich af. Vrienden van Eric waren vooral benieuwd of het echte liefde was, of dat ik op het comfortabele leventje uit was.”
Eric: “Een man met een jongere vrouw wordt vooral bejubeld door andere mannen. Andersom vragen mensen of ze het wel zeker weet. Ik was me daar terdege van bewust. Gelukkig hebben we ons nooit wat van anderen aangetrokken.”
Karin “Toen mensen zagen hoe gek we op elkaar waren is er rust ontstaan.”

Eric’s vader ziet er met 79 nog prima uit!

Het geluk
Eric: “Wij hebben bewezen samen een leven met pieken en dalen aan te kunnen. Ik heb Karin dan ook heel snel ten huwelijk gevraagd, als een bestendiging van de liefde.”
Karin: “We delen dezelfde humor, zijn allebei levensgenieters, houden van reizen en lekker eten. Eigenlijk merken we weinig van het leeftijdsverschil. Ook onze vriendengroep is qua leeftijd heel divers. Eric heeft natuurlijk wel meer werk- en levenservaring. Ik profiteer daarvan.”
Eric: “Karin is heel genuanceerd in haar mening. Zij leert mij met een andere blik naar dingen te kijken. Ik ben soms vrij stellig en zwart/wit in mijn opvattingen – zij brengt daar wat grijs in.”
Karin: “Eric is niet alleen lief, galant en grappig, maar ook heel sterk en zelfbewust. Hij weet precies wat hij wil en heeft iets beschermend – daar val ik voor.”
Eric: “We passen gewoon perfect bij elkaar.”

De toekomst
Eric: “We leven wel met het besef van later, maar leeftijd speelt nu nog geen rol.”
Karin: “Ik ben echter realistisch genoeg om te beseffen dat dat ooit zal veranderen, mits er tussentijds geen vervelende dingen met mij gebeuren natuurlijk. Maar samen kunnen we de toekomst aan. Tuurlijk wordt Eric straks ouder, maar hij blijft in zijn hart de man waar ik zoveel van houd.”
Eric: “En als ik 80 ben is Karin een lekker wijf van 58.”
Karin: “Eric’s vader ziet er met 79 nog prima uit, dus ik maak me geen zorgen!”

11986492_1021934691202748_4456200451266646001_n

Morgen: Toyah (26) en Bert Ververs (58).


Op de hoogte blijven van nieuwe artikelen? Scroll omlaag en volg mijn blog!

Seks in de kunuku (Let’s talk about ♂ ♀)

Let’s talk about ♂ ♀! In deze rubriek maak ik jullie deelgenoot van mijn belevenissen met mannen door de tijd heen. Deze aflevering: Seks in de kunuku op Bonaire.


Het meisje is ingestapt.
“Hoi”, zeg ik vanaf de achterbank. Een bijna onwaarneembare glimlach is haar respons. Mind your own business. Ze is echter te beleefd om haar niet mis te verstane lichaamstaal verbaal kracht bij te zetten.
“Hoi…”
Het meisje is tenger en heeft haar krullen in een knotje op haar hoofd gebonden. Ik schat haar begin twintig. Iets jonger dan ik. Op haar gezicht is geen spoortje make-up te bekennen en ze draagt een T-shirt van Dia di Rincon, het eilandfeest dat voor de meeste inwoners het absolute hoogtepunt van het jaar vormt.
Jimmy heeft zijn plaats op de bijrijdersstoel afgestaan en ploft nu naast mij neer op de achterbank. M. trapt het gas in en onder luid geronk rijden we de wijk uit. Een grote stofwolk verraadt ons spoor.
Niemand zegt iets.
Ik heb wel honderd vragen.
Ik stel er geen één.

We rijden het land in. Ik ken de weg inmiddels, zelfs als het donker is. M. heeft hier een kunuku. Of eigenlijk, zijn vader heeft hier een kunuku en die heeft het weer van zijn vader die het vermoedelijk van zijn vader heeft. Een paar weken terug kreeg ik een rondleiding. Er staat een schuurtje met wat gereedschap en kookgerei. Er lopen wat geiten. Vast ook hordes leguanen. Het is zo’n typische plek waar mannen zich met mannenzaken bezighouden. Hout hakken, klussen, jagen, slapen – dat werk. En nog wat andere dingen.

Waarom zit ik hier anders tegen middernacht met Jimmy-my-lips-are-sealed in de auto, in de middle of nowhere, terwijl zijn zoveelste neef in de kunuku ligt te wippen met een chica uit Nikiboko

De auto komt tot stilstand en M. zet de motor uit. Uit het handschoenenvakje pakt hij een zaklantaarn.
“Braaf zijn he?”, zegt hij met een tanden-bloot-smile tegen mij voordat hij de deur dichtslaat. “Doe geen dingen die ik ook niet zou doen!”
Ik beloof het plechtig. Het meisje is alvast vooruitgelopen. Haar kordate tred doet vermoeden dat ze hier vaker geweest is.

M. en het meisje verdwijnen uit beeld en ik zie mijn kans schoon.
“Wie is dat meisje, Jimmy?”
“Gewoon, dushi, je weet toch. Een meisje. Uit Nikiboko. M. kent haar goed.” Mijn vriend laat het afrondend klinken, alsof al mijn vragen daarmee beantwoord zijn. Hij zou inmiddels toch beter moeten weten.
“Ja maar, het is niet zijn vriendin toch? En ze leek me ook n…”
“Niet zoveel vragen stellen, Karin”, kapt Jimmy mijn vragenvuur af. Hij heeft zijn aandacht alweer op zijn telefoon gericht. “Je stelt weer teveel vragen. Wij wachten hier gewoon even. Ze zijn zo weer terug.”
Met een zucht laat ik me achterover vallen. Het is een terugkerend riedeltje. Mijn vriendschap met Jimmy heeft me diep in de Bonaireaanse gemeenschap gebracht. Veel dieper dan wanneer ik aan de bar bij City Café was blijven hangen. Hier liggen de antwoorden op mijn onderzoeksvragen. De eyeopeners.
Maar vragen stellen, leerde ik al snel, is niet heel gebruikelijk en wordt ook niet altijd op prijs gesteld. Het wordt soms onbeleefd gevonden, zelfs. Bemoeizuchtig. Verdacht.

“Een hoertje dus”, mompel ik. “Of een by-side…”

Ja, dat is soms lastig. Ik ben van nature nieuwsgierig en als je mij mijn gang laat gaan stel ik gewoon de hele dag door vragen en houd ik het liefst non-stop een gesprek op gang. Dat vond mijn vader vroeger al heel vermoeiend – en hij was niet de enige. Daarbij, ik ben hier om antropologisch onderzoek te doen. Waarom zit ik hier anders tegen middernacht met Jimmy-my-lips-are-sealed in de auto, in de middle of nowhere, terwijl zijn zoveelste neef in de kunuku ligt te wippen met een chica uit – gewoon – Nikiboko die we zojuist hebben opgepikt onderweg naar een party. Eerst het bier, toen het meisje. Reuze leerzaam. Antropologische wegen zijn onvoorspelbaar.
Anderzijds, het leert me ook iets over de samenleving. Niet het wippen-in-de-kunuku-gedeelte (want ik ga er maar vanuit dat dit niet doodnormaal is – laten we wel zijn, het is de eerste keer dat ik dit meemaak), maar het ongemak met bevraagd worden. Het vertelt me iets over omgangsnormen. Over discretie. Over de behoefte aan stilte en privacy in een gemeenschap waar iedereen alles van elkaar weet en waar je elkaar voortdurend tegen het lijf loopt. Tijdens werk, in het weekend, op straat. Misschien vertelt het me wel iets over een gemeenschap waar dingen vanzelfsprekend worden gevonden en dus niet bevraagd hoeven worden. Kijken en luisteren werkt beter dan vraagvuren op mensen afschieten, besef ik. Meestal lukt het me om daar rekening mee te houden.
Soms ook niet.

“Ik wilde zeggen, ze leek me ook niet erg gelukkig, of denk jij daar anders over?”
“Ik wéét het niet, Karin! Hoe moet ik nou weten hoe zij zich voelt?” Jimmy kijkt nog steeds op zijn telefoon. In het licht van de display kan ik nog net zijn lange dreads onderscheiden. Zijn opgekrulde mondhoek verraadt dat zijn verontwaardiging grotendeels gespeeld is.
“Of is ze een prostituee?”
Ai ai ai, mamí!” Jimmy doet zijn best om geïrriteerd te klinken maar ik hoor de lach in zijn stem. “Jij houdt niet op, he?”

Ik geef het op. De man die alle antwoorden heeft wil ze niet geven. Ik slaak nog eens nadrukkelijk een zucht en tuur uit het raam de duisternis in. In de verte balkt een ezel.
“Een hoertje dus, ik wist het…”, mompel ik. “Of een by-side…”
Jimmy’s schaterlach scandeert door de auto terwijl hij het volume van de radio omhoog draait. De hoofdpijn-reggaeton van Daddy Yankee klinkt ineens luid en duidelijk door de speakers.


>> deel 2

Khal Drogo en zijn gesteven overhemd (Let’s talk about ♂ ♀)

Let’s talk about ♂ ♀! In deze rubriek maak ik jullie deelgenoot van mijn belevenissen met mannen door de tijd heen. Over ontmoetingen, leuke en minder leuke dates, vlinders, verliefdheid, gestuntel en awkward moments. Deze aflevering: Khal Drogo en zijn gesteven witte overhemd.


Zo, ik zit. Laat mijn vriendin het Louvre maar bekijken, ik zit hier prima bij die piramide. Allemaal leuk en aardig, die Parijse bezienswaardigheden, maar ik blijf een antropoloog. En daarmee is gezegd dat het observeren van mensen en straattaferelen mijn grootste genoegen is. Gelijk een goed excuus om mijn benen even te rusten te leggen na een hele dag slenteren.
Er was een tijd dat ik op een dag als vandaag mijn teva sandalen had aangetrokken, bedenk ik terwijl ik me uit mijn charmante maar ondertussen pijnlijke schoenen wurm. Dat was toen ik nog verstandig en praktisch was. Maar Parijs is de stad van de mode, van elegantie, van zien en gezien worden en…

Shit. Over zien en gezien worden gesproken… Ik ben gespot. Ik kijk recht in het gezicht van een man. Arabisch uiterlijk. Sophisticated. Niet eentje van drie hoog achter in de Tarwewijk, eerder type duizend-en-één nacht. Type Khal Drogo eigenlijk, maar dan piekfijn aangekleed. Strakke kaaklijn, pikzwart haar in een staartje gebonden. Een jaar of 45. Zijn zware laarzen onder die zwarte broek lijken me veel te warm voor vandaag. Maar goed, echte mannen gaan natuurlijk gelaarsd door het leven. Het kraakwit gesteven overhemd is halfopen zodat er wat borsthaar zichtbaar is. Khal heeft één been opgetrokken en leunt ontspannen achterover.
En hij kijkt. Naar mij. Onafgebroken. Strak, zonder humor of ook maar een spoortje van een vriendelijke glimlach om de gemoederen te sussen. En ik maar denken dat alleen Jason Statham die kunst beheerste. Nu we het toch over filmsterren hebben; Khal heeft het intimiderende zelfvertrouwen van Marlo Brando in The Godfather en het sexappeal van…, eh… nou ja, van Khal Drogo dus. Anyway, you get the picture. En zo niet…

Als je dán nog drie keer terugkijkt zeg je: ‘Je intimideert me fucking mateloos’

Shit. Niet nu. Hier heb ik geen zin in. Hier ben ik ook he-le-maal niet op voorbereid. Ik zit ook ineens niet lekker meer.

Ik weet precies hoe het werkt hoor, dat oogcontact. Even kort glimlachen en dan wegkijken, dat is vriendelijkheid. Niks aan de hand. Zeker als je glimlacht zoals je dat ook tegen een winkelmeisje doet. Als je het daarbij laat kun je weer gewoon overgaan tot de orde van de dag. Kijk je vervolgens nog een keer, ja dán is er een grote kans aanwezig dat je aan het flirten bent. Of gewoon rete-nieuwsgierig bent.
Ogen rollen en dan wegkijken, die ken ik ook. Fuck off, heet dat. Dat doe je alleen bij hele nare, seksistische, opdringerige mannetjes. Of mannen die via jou indruk op elkaar willen maken maar helaas nét die gunfactor missen waardoor jij ze voor het oog van de hele groep wilt dissen. Dán (strak) terugkijken is uitdagen. Provoceren, misschien wel.
Je ogen neerslaan betekent voor veel mannen beet. Hoe zuidelijker, hoe sterker die overtuiging, weet ik. ‘Je maakt me verlegen’, zeg je daarmee. Als je dán terugkijkt en dat nog drie keer doet zeg je: ‘Je intimideert me fucking mateloos en ik weet niet meer waar ik moet kijken.’

Ik heb het nu al zes keer gedaan. Dat laatste. Ik kan er niks aan doen. Sinds Khal Drogo met zijn gesteven overhemd tegenover me zit ben ik nergens anders meer mee bezig. Hij ook niet trouwens. Er is nog steeds geen spoortje warmte te bekennen in zijn blik. Misschien doet-ie dat spelletje, wie het eerst wegkijkt die… Ja, die wat eigenlijk? Die heeft verloren, vermoed ik.
Nou, in dat geval ga ik hier af als een gieter.

Khal Drogo is óf een pinkjesknipper óf een gigolo

Ik richt mijn aandacht nadrukkelijk op een Engels-Indiaas gezin dat naast me is komen zitten. Baby krijgt de fles. Zoonlief speelt handjeklap met zijn vader. Happy family bezoekt Parijs. Het scenario had niet onschuldiger kunnen zijn.
Misplaatst eigenlijk, die Khal Drogo voor het Louvre. Hij zou beter tot zijn recht komen in een schimmige loods, waar hij dan verveeld en quasi-ongeïnteresseerd achter zijn bureau zit en zijn boy met een bijna onwaarneembare hoofdknik sommeert een pinkje af te knippen van die mogelijke spion die informatie doorspeelt. Of hij ís de pinkjesknipper, en kijkt er dan net zo strak en intimiderend bij als nu. Of zou hij uitbater van een club zijn? Zo’n hele louche. Misschien is het wel een gigolo. Of zit hij hier ook gewoon te wachten op zijn vrouw en kind…
Die laatste gedachte wuif ik weg. Khal Drogo is óf een pinkjesknipper óf een gigolo. Misschien is hij de leider van het grootste maffia-netwerk van Frankrijk, dat kan ook nog. Maar een toerist die hier zit te wachten op vrouw en kind… Nee. Dat kan met geen mogelijkheid het geval zijn.

Khal Drogo kijkt eindelijk even de andere kant op. Ik maak van de gelegenheid gebruik om hem eens goed te bekijken. Eigenlijk is-ie niet bijzonder knap. Harde lijnen, sporen van acne op zijn gezicht. Niet heel breedgeschouderd ook. Maar toch. Een man hoeft niet knap te zijn. Een man moet goed uit zijn ogen kijken en zoveel zelfvertrouwen uitstralen dat je geen lijn of imperfectie meer ziet.
Dit is nou echt zo’n type dat ineens, als je nét even met je ogen knippert, weg is. En dan plots naast je staat, zijn hand toereikt. Come, zegt hij dan. En dat jij dan met spaghettibenen omhoog komt en er als een mak schaap achteraan loopt. Hup naar de slachtbank. Of dat-ie helemaal niets zegt en wegloopt en jij er als vanzelf achteraan waggelt omdat je begrijpt dat dat de bedoeling is.
Dat zou theoretisch goed kunnen gaan. Je gaat samen picknicken langs het water waar hij je druiven en slokjes Franse wijn voert. Op de rug van Khal Drogo bereik je de top van de Eiffeltoren en samen geniet je van een weergaloos uitzicht over de stad van de liefde. Daarna eet je escargot en gaat een gepassioneerde avond in Parijs tegemoet. Zonder woorden, zonder lachen, want daar doet Khal niet aan. Na een paar uur weet je al niet meer wie je nu eigenlijk was en waar jij ook alweer voor stond in het leven. Maar dat maakt niet uit, want Khal Drogo leidt de weg. Eigen identiteit en zelfbeschikking zijn ontzettend overschat. Samen leef je nog ellenlang en hysterisch gelukkig.

En dan is maar te hopen dat papa op tijd arriveert bij de Seine om jou van die boot te trekken en te voorkomen dat je een toekomst als seksslavin tegemoet gaat

Maar evengoed eindig je in je ondergoed op een draaischijf in een veilinghuis, waar vrouwenhandelaren vrij op je kunnen bieden. En dan is maar te hopen dat papa op tijd arriveert bij de Seine om jou van die boot te trekken en daarmee te voorkomen dat je een toekomst als seksslavin van één of andere oliesjeik tegemoet gaat. Kan ook. Net zo makkelijk. En aangezien de meeste papa’s geen über-bekwame en meedogenloze ex-agenten zijn zoals vechtersbaas Liam Neeson, is de kans groot dat dit horrorscenario werkelijkheid wordt.

T-026

Nou, als hij hier naar toe komt ga ik mooi niet mee. Hij zoekt het maar uit met zijn gesteven overhemd en die stoere laarzen van ‘m.

Khal Drogo kijkt terug. Plotseling. Ineens. Zo krachtig en priemend nu dat hij mijn blik vastpint in de zijne. Ik kijk met grote hertenogen terug en voel mijn ledematen verstijven. Daar ga ik. Zeg maar dag tegen het onbezorgde leven. Oliesjeik, here I come. Maar voordat ik mijn lot in zijn handen leg en mijn vrije leventje vaarwel zeg wil ik naar de Eiffeltoren. Helemaal naar boven. Op zijn rug. En misschien nog even mijn moeder bellen om afscheid te nemen.
Khal houdt zijn hoofd tikje schuin. Alsof-ie zegt: je krijgt nog héél even meisje en dan gaan we dit volgens mijn wetten spelen. Warempel zie ik zijn mondhoek iets omhoog gaan.

“Kaar, je ziet een beetje pips.”
Mijn hart maakt een opgelucht sprongetje als ik de stem van mijn vriendin naast me hoor. Snel trek ik mijn sandaaltjes weer aan.
“O joh echt? Ik voel me anders prima. Zullen we gaan?”
Met spaghettibenen sta ik op en zet een stevige pas in. Pas als we bijna het plein af zijn kijk ik om.
Khal Drogo is niet meer alleen. Naast hem staan een jochie van een jaar of vijf en een mooie vrouw met een kleurrijke hoofddoek. Khal trekt een lachende grimas naar het babytje in zijn armen.

Inwendig lachend steek ik mijn arm door die van mijn vriendin. “Nou, ik ben wel toe aan een wijntje, en jij?”

image

Nieuwe rubriek: Let’s talk about ♂ ♀

Ik heb vaak de mond vol van mannen. Liefde en lust. Van flirten, versieren, daten en relaties. Het zijn mijn favoriete onderwerpen om over te praten én om over te schrijven. Als tiener schreef ik mijn dagboeken al vol met overpeinzingen en observaties van onhandige en gênante paringsdansen die ik had aanschouwd. Op het strand bijvoorbeeld. Waarom gooien die jongens een zak paprikachips leeg over het hoofd van dat mooie blonde meisje als ze overduidelijk niets liever willen dan met haar de duinen inkruipen? Of handje-handje liggen, whatsoever. Waarom vallen de meiden in mijn klas allemaal op diezelfde galbak met z’n veel te grote bakkus? En waarom ben ík in hemelsnaam zo dolverliefd op die langharige Arthur met z’n gammele bromfiets? En waarom begrijpt niemand dat behalve mijn moeder?

Tijdens mijn jaar backpacken schreef ik een blog waarin ik mannen en hun versiertactieken uiteenzette aan de hand van hun nationaliteit. Vooruit, dat was een erg generaliserend (!) stukje, maar niet uit de lucht gegrepen. In Backpackistan gelden misschien andere wetten.

a good strong manVrienden weten het. Als de gebruikelijke koetjes en kalfjes en werk- en gezondheidgerelateerde onderwerpen besproken zijn, de wijn rijkelijk vloeit en it all feels right, stuur ik het gesprek behendig de bocht om. Waar ben je naar op zoek? Wat heb je gevonden? Wat verwacht je van de liefde, van een relatie en wat zoek je nu écht in een man of vrouw? Hoe gelukkig ben je? Waar val je op bij hem of haar? Nee, ik neem geen genoegen met ‘zijn mooie ogen’ (dat deden we in de tijd van Take That en zelfs toen niet) of haar ‘leuke lach’ als antwoord. Let’s explore! Trouwens, nu we het er toch over hebben, is de seks nog een beetje naar wens?!

Heb ik de wijsheid in pacht? Ik ben soms geneigd te denken van wel, maar dat is natuurlijk bullshit. Alles wat ik hierover zeg en schrijf is vanuit mezelf en daarmee over mezelf. Ik weet gewoon goed wat ik wil, waar ik voor val en wat voor mij werkt.
“Een man hoeft bij jou maar iets verkeerd te doen en jij knapt op hem af”, zei Eric ooit tegen mij.
Daar moest ik een beetje om lachen, vermoedelijk omdat er een hele kleine ieniemienie kern van waarheid in zit. Daarover later meer!

In plaats van betweterige schrijfsels over liefde en lust te plaatsen moet ik misschien zelf eens wat blootgeven

Gisteren – op zo’n typische luie, nutteloze zondag – kreeg ik een idee. In plaats van doorlopend abstracte en betweterige (!) schrijfsels over de materie te plaatsen moet ik misschien eens wat van mezelf blootgeven. Over mijn ontmoetingen, eerste indrukken, leuke en minder leuke dates, vlinders, gestuntel en awkward moments. Over mannen en versierpogingen. Over dingen die ik gezien en gehoord heb. Die ik meemaakte. Leermomenten. Herinneringen.
Het zijn – denk ik – mijn leukste en beste verhalen.
Misschien moet ik gewoon eens schrijven over De Arabier in Parijs. Over mijn date met de Franse Remy in Australië (die geen woord Engels sprak maar kon zoenen als de beste). Die maffe Braziliaan op de Grand Prix in Melbourne. Over mijn onaardige, onbeleefde maar onvermijdelijke ren- en vluchtgedrag en over hoe manlief Eric mij met geduld en vastberadenheid aan zich wist te binden. Tot het huwelijk aan toe. Over onze date bij Amerone op de Meent en die lul van een ober met zijn ‘ge-jongedame’.

Vooruit, ik zal een klein beetje censuur en anonimiteit toepassen – mijn (schoon)ouders lezen mijn blog immers ook. ;-)

77206-004-A6FEDAF1Wat denken jullie? Leuk? Interesse? Iedere week, of om de week, een blogje in die trant? Misschien is het een idee om af en toe een gastblogger aan het woord te laten! Maar voordat ik echt overstroom van ideeën, ga me eens buigen over deel 1.

Ciao! (bella ;-))

KutAUW!takketr #$@&%*! jedoetutexpres!

Met een verleidelijke beweging zwaai ik mijn been over Eric heen zodat ik in standje lapdance op zijn schoot kom te zitten. Ik vang zijn waarschuwende blik op. Dreigend, bijna. Ongerust ook. Maar ik laat me niet uit het veld slaan.
I have a job to do!

De volgende gaat pijn doen.
“AUHAUUUUUW!!! Godverdegodver, jezus christus, jij vuile valse takketr… Aargh! Die deed echt verschrikkelijk pijn!”
Vermaakt kijk ik naar het boze, van pijn vertrokken gezicht van mijn man. Met wrijvende bewegingen probeert hij de brandende plek tot rust te brengen.
“Je vroeg er zelf om, liefje”, zeg ik met een poeslief stemmetje.
“Ja, nou, jij geniet hier gewoon van, je vindt het veel te leuk”, dient Eric me van repliek. “En volgens mij maak je het expres zo pijnlijk!”
Ik schaterlach nu, hoewel Eric het niet helemaal bij het juiste eind heeft. Ik ben geenszins een sadist. Maar dít is stiekem wel een heel klein beetje leuk. Ik ben getrouwd met een man die me op handen draagt en de wereld over zou reizen voor mijn geluk, maar zo’n vier keer per jaar laat hij een ander geluid horen. En dat is altijd op deze momenten.
KutAUW!takketrutbitchjedoetutexpres in één ademteug. Ik vind dat knap.
“Zullen we dan maar stoppen, schatje?” No way dat we gaan stoppen natuurlijk. Dit is geen echte vraag. Half werk is niet aan mij besteed.
Eric is weer tot bedaren gekomen.
“Nee, ga maar door. Maar in één keer nou, laat ik niet merken dat je weer… AUW! Godver!”
“Die viel mee toch?”
“Pfffoeh…, die ging wel ja.”

“Straks heb je een gat en dan is het je eigen schuld”

Ik weet precies welke pijn doen. En welke niet. De kleintjes in het midden zijn prima te doen. Die bij de staart zijn al gevoeliger. En de lange en superdikke in het midden – vaak wit, juist die willen we hebben – zijn het allerergst.
Ik zie er nog een paar. Eigenlijk wil ik ze allemaal voor een perfect resultaat. Je bent een puritein met een obsessie voor perfecte wenkbrauwen of je bent het niet.
Maar ik moet keuzes maken. Er is een limiet aan wat Eric nog doorstaat. Of beter gezegd, wat hij nog toestaat. Waarschijnlijk kan ik nog drie keer trekken voordat hij uit de stoel springt en mij van zijn schoot werpt. En om te voorkomen dat hij straks voor lul loopt met ongelijke wenkbrauwen moet ik mijn aandacht verdelen over links en rechts. Vooruit, aan beide kanten nog één. In mijn haast trek ik er per ongeluk twee tegelijk uit.
“Aaargh! AUW! Klaar nu! Stoppen!”
“Het helpt ook niet dat je zo fronst, Eric, zo kan ik het helemaal niet goed zien! En straks heb je een gat en dan is het je eigen schuld. Ik moet er nog een paar, dus kom op, verman je!” Ik doe mijn best om streng en vastberaden te klinken, maar mijn ogen glimmen van de opkomende slappe lach.
“Nee! Nee, meisje, heb je me gehoord? Ik ben er nu echt helemaal klaar mee.” Eric heeft mijn pols vastgepakt en weerhoudt me ervan het pincet weer naar zijn wenkbrauw te brengen.
“De laatste nog…? Nog één? Ik doe ‘m héél voorzichtig. Echt héééél, héééééééél erg voorzichtig…”

Eric staat niet op. Wellicht door het zuurstoftekort in zijn hoofd. Of door de shock, dat zou ook kunnen. En ik ben nog steeds niet van zijn schoot geduwd. Mijn handen zijn weer vrij.
I’ll take that as a yes.
Snel, voordat hij zich kan bedenken, breng ik het pincet richting een lange dikke haar die als een antenne naar voren steekt. Zo eentje met een wortel ter grootte van een kikkererwt.
Eén, twee… TAK!
“AUW!”
Demonstratief gooi ik mijn tweezerman op tafel en hef mijn lege handen op. Mijn man is een beetje rood aangelopen. Uit ervaring weet ik dat de tranen je in de ogen kunnen schieten bij deze activiteit. Langzaam verschijnt het licht weer in zijn ogen. Snel kus ik hem op beide wenkbrauwen.
“Je ziet er nu wel héél mooi uit hoor.” Ik lach mijn liefste lach.
“Nou, dan is het in ieder geval niet voor niets geweest, jij kleine sadist!”

Mannen.
Mannen met borstelige wenkbrauwen.
Als ik net zo kleinzerig was geweest had ik nooit zulke mooie brows gehad!

bert-unibrow